Een jonge dief breekt in bij een kantoor van een bedrijf, maar wordt betrapt door een beveiliger. Gestript en doorzocht wordt hij meegenomen naar de garage voor een ruige rit, waarbij de bewaker hem in verschillende posities domineert.
Een jonge, onschuldig ogende dief wordt betrapt op stelen uit een high-end winkel. De beveiliger, een forse man met een strenge houding, confronteert hem. Terwijl de bewaker hem begint te fouilleren, wordt de kleding van de dieven geleidelijk weggestroopt, waardoor zijn jonge, verleidelijke lichaam zichtbaar wordt. De bewakers zwerven met de hand over zijn lichaam, verkennen elke centimeter van zijn huid, waardoor hij zich zowel vernederd als opgewonden voelt. De bewaakster besluit dan de dief mee te nemen naar het kantoor van de winkels voor een grondigere zoektocht. Daar buigt de bewaaker de dief over een bureau, waardoor zijn harde lid zichtbaar wordt. Het bewakertje neemt de controle over hem uit te voeren, hem op te passen of hem te bedriegen. De beschermer neemt de dief, neemt de lippen van de dief vast en bewaakt hem vervolgens intens, hem bewakend, hem betrapt en bewakend. De behoeder blijft hem bewaken. De bewaarde hem dan een intense bewaker, de bewakers bewaken hem en zorgen voor een intense ontmoeting tussen de bewakende bewaker en de bewaking.